Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zaai uw zaad [17]in den morgenstond, en trek uw hand des avonds niet [18]af; want gij weet niet, [19]wat recht wezen zal, of dit of dat, of dat die beide [20]te zamen goed zijn zullen. 17. Dat is, vroeg. 18. Te weten van zaaien, of van het zaad in de aarde werpen. 19. Dat is, of dat wel opwassen zal dat gij des avonds gezaaid hebt, of dat beter opwassen zal, dat gij des morgens gezaaid hebt. 20. Hebr. als een; dat is, even goed.